Un incontro a Roma

Giulia is een lerares. Zij heeft achtentwintig jaar. Zij geeft kunstles op een middelbare school. Haar studenten zijn vijftien en zestien jaar. Sommige studenten houden van kunst. Sommige studenten komen alleen omdat zij moeten komen. Giulia begrijpt beide types.

Giulia heeft een kat. Haar kat heet Picasso. Het is een vreemde kat. Hij eet alleen duur voedsel en hij is dol op de kleur blauw. Giulia weet niet waarom Picasso van blauw houdt.

Chiara is de vriendin van Giulia. Chiara heeft Giulia vorige week gebeld. "Ik heb een vriend. Hij heet Marco. Hij is heel aardig. Je moet hem ontmoeten!" "Hij houdt van boeken. Jij houdt van boeken. Hij heeft een kat. Jij hebt een kat. Jullie zijn perfect voor elkaar!" Chiara was heel opgewonden. Giulia heeft ja gezegd. Nu wacht zij in het café. Zij draagt een rode sjaal. Het is haar gelukssjaal.