1. Het was eenzaam voor een dag of wat tot op een ochtend een man, nog nieuwer dan ik in die contreien, me op straat aanhield. 'Hoe kom je in West Egg-Dorp?' vroeg hij hulpeloos. Ik vertelde het hem. En toen ik doorliep, voelde ik me niet eenzaam meer. Ik was een gids, een baanbreker, een autochtoon. Hij had mij terloops het plaatselijk burgerrecht verleend.
It
was
lonely
for
a day or so
until
one morning
a man,
even
newer
than
I
in those parts,
me
on the street
stopped.
'How
get
you
to
West Egg Village?'
asked
he
helplessly.
I
told
it
him.
And
when
I
walked on,
felt
I
myself
no
lonely
longer.
I
was
a guide,
a pathfinder,
a native.
He
had
me
casually
the local citizenship
granted.
It was lonely for a day or so until one morning a man, even newer than I in those parts, stopped me on the street. 'How do you get to West Egg Village?' he asked helplessly. I told him. And when I walked on, I no longer felt lonely. I was a guide, a pathfinder, a native. He had casually granted me the local citizenship.