Om twaalf uur 's middags waren de golven als bergen. Ons schip ging omhoog en omlaag, omhoog en omlaag. Water sloeg tegen het dek. Een keer, twee keer, dachten we dat ons anker was losgeraakt. De kapitein beval een ander anker te gooien. Nu hadden we twee ankers die ons vasthielden.
2. Entonces
Toen
la tormenta
de storm
real
echte
golpeó.
sloeg toe.
No tengo
Ik heb geen
palabras
woorden
para
voor
lo terrible
hoe verschrikkelijk
que
het
fue.
was.
Hasta
Zelfs
los marineros
de zeelieden
viejos
oude
tenían
waren
miedo.
bang.
Vi
Ik zag
miedo
angst
en
in
sus ojos.
hun ogen.
El capitán
De kapitein
pasó
liep
por
langs
mi camarote
mijn hut
muchas veces.
vele keren.
Lo
Hem
escuché
hoorde ik
susurrar,
fluisteren:
"¡Señor
"Heer,
ten piedad
heb medelijden
de
met
nosotros!"
ons!"
Toen sloeg de echte storm toe. Ik heb geen woorden voor hoe verschrikkelijk het was. Zelfs de oude zeelieden waren bang. Ik zag angst in hun ogen. De kapitein liep vele keren langs mijn hut. Ik hoorde hem fluisteren: "Heer, heb medelijden met ons!"
3. "¡Estamos
"Wij zijn
todos
allemaal
perdidos!"
verloren!"
el capitán
de kapitein
continuó
ging verder met
susurrando.
fluisteren.
"¡Somos
"Wij zijn
todos
allemaal
hombres
mannen
muertos!"
dode!"
Cuando
Toen
el capitán
de kapitein
dijo
zei
esas palabras
die woorden
mi valor
mijn moed
murió.
stierf.
Este hombre
Deze man
había navegado
had gevaren
por
gedurende
treinta años.
dertig jaar.
Si
Als
él
hij
tenía
had
miedo
angst
estábamos
waren wij
condenados.
verdoemd.
Me quedé
Ik bleef
en
in
mi camarote.
mijn hut.
Estaba
Ik was
helado
bevroren
de
van
miedo.
angst.
"Wij zijn allemaal verloren!" ging de kapitein verder met fluisteren. "Wij zijn allemaal dode mannen!" Toen de kapitein die woorden zei, stierf mijn moed. Deze man had dertig jaar gevaren. Als hij bang was, waren wij verdoemd. Ik bleef in mijn hut. Ik was bevroren van angst.
4. No podía moverme.
Ik kon me niet bewegen.
No podía pensar.
Ik kon niet denken.
Me
Ik
había reído
had gelachen
de
om
la primera tormenta.
de eerste storm.
Había bebido
Ik had gedronken
ponche
punch
y
en
olvidado
vergeten
mis promesas
mijn beloftes
a Dios.
aan God.
Ahora
Nu
Dios
God
estaba
was
realmente
echt
enojado.
boos.
Esta tormenta
Deze storm
nos
ons
mataría
zou doden
a todos.
allemaal.
No había escape
Er was geen ontsnapping
esta vez.
deze keer.
Ik kon me niet bewegen. Ik kon niet denken. Ik had om de eerste storm gelachen. Ik had punch gedronken en mijn beloftes aan God vergeten. Nu was God echt boos. Deze storm zou ons allemaal doden. Er was deze keer geen ontsnapping.
5. Finalmente
Eindelijk
me forcé
dwong ik mezelf
a
om
ir
te gaan
a
aan
cubierta.
dek.
Lo que
Wat
vi
ik zag
allí
daar
todavía
nog steeds
me da
geeft me
pesadillas.
nachtmerries.
El mar
De zee
era
was
negro
zwart
y
en
blanco
wit
con
met
espuma.
schuim.
Olas
Golven
tan
zo
altas
hoog
como
als
iglesias
kerken
se estrellaban
sloegen neer
sobre
op
nosotros.
ons.
El viento
De wind
gritaba
schreeuwde
como
als
mil
duizend
demonios.
duivels.
Me agarré
Ik hield me vast
fuerte
stevig
o
of
sería
ik zou
arrastrado.
weggesleurd worden.
Eindelijk dwong ik mezelf om aan dek te gaan. Wat ik daar zag, geeft me nog steeds nachtmerries. De zee was zwart en wit met schuim. Golven zo hoog als kerken sloegen op ons neer. De wind schreeuwde als duizend duivels. Ik hield me stevig vast of ik zou weggesleurd worden.
6. Miré
Ik keek
alrededor.
om me heen.
Dos
Twee
barcos
schepen
cerca de
dichtbij
nosotros
ons
habían cortado
hadden afgekapt
sus masten.
hun masten.
Otro
Een ander
barco
schip
como
ongeveer
a
een
una milla
mijl
de
verderop
distancia
se estaba hundiendo.
was aan het zinken.
Lo
Het
vi
zag ik
desaparecer
verdwijnen
bajo
onder
las olas.
de golven.
Todos
Al
esos
die
hombres
mannen
se estaban ahogando
verdronken
en
in
el agua
het water
negra
zwarte,
y
fría.
koude.
Dos
Nog twee
barcos
schepen
más
se habían soltado
hadden zich losgemaakt
de
van
sus anclas.
hun ankers.
Ik keek om me heen. Twee schepen dichtbij ons hadden hun masten afgekapt. Een ander schip ongeveer een mijl verderop was aan het zinken. Ik zag het onder de golven verdwijnen. Al die mannen verdronken in het zwarte, koude water. Nog twee schepen hadden zich losgemaakt van hun ankers.
7. Esa
Die
noche
nacht
nuestra
onze
tripulación
bemanning
le rogó
smeekte
al capitán
de kapitein
que
om
cortara
af te kappen
nuestros
onze
mástiles.
masten.
No quería hacerlo.
Hij wilde het niet doen.
Un barco
Een schip
sin
zonder
mástiles
masten
está
is
indefenso.
hulpeloos.
Pero
Maar
el contramaestre
de stuurman
dijo,
zei:
"¡Si
"Als
no
we ze niet
los
cortamos
afkappen,
el barco
het schip
se hundirá!"
zal zinken!"
El capitán
De kapitein
finalmente
eindelijk
estuvo de acuerdo.
stemde toe.
Tenían que
Ze moesten
salvar
redden
el barco.
het schip.
Die nacht smeekte onze bemanning de kapitein om onze masten af te kappen. Hij wilde het niet doen. Een schip zonder masten is hulpeloos. Maar de stuurman zei: "Als we ze niet afkappen, zal het schip zinken!" De kapitein stemde eindelijk toe. Ze moesten het schip redden.