Anna in Panetteria

"Goedemorgen!" zegt de bakker. "Goedemorgen!" zegt Anna. De bakker glimlacht. Anna kijkt naar het brood. Het is allemaal lekker.

Anna wil kopen. Maar ze kent de woorden niet. Ze wijst naar het brood. "Dit?" vraagt ze. De bakker begrijpt het.

"Dit is focaccia," zegt de bakker. Hij praat langzaam. "Dit is een croissant." Anna luistert. "Focaccia... croissant," herhaalt ze.

Anna wijst naar de focaccia. "Deze, alstublieft," zegt ze. Dan wijst ze naar een croissant. "En deze." De bakker is tevreden.

"Hoeveel kost het?" vraagt Anna. "Drie euro," zegt de bakker. Anna betaalt vijf euro. "Hier is het wisselgeld." Anna pakt de twee euro.

"Dank u!" zegt Anna. "Graag gedaan, fijne dag!" zegt de bakker. Anna gaat naar buiten. Ze eet de croissant. Ze is blij - nu kent ze twee nieuwe woorden!